Afrikanen favoriet aan hof stadhouder

Hielden de Oranjes privé-slaafjes in de 18de eeuw? Of waren hun zwarte bedienden juist gewaardeerde krachten, die carrière konden maken? Een nieuwe tentoonstelling en een nieuw boek zorgen voor een genuanceerd antwoord.

Door

Door Herman Rosenberg

Parmantig, zo zien ze eruit op de tekeningen van Isaac Lodewijk la Fargue. De zwarte ‘pages’ Sideron en Cupido dragen keurige livreitjes en bijbehorende kniebroekjes. Alleen de tulband met veren die ze op hun hoofd hebben, verwijst naar hun uitheemse achtergrond. ‘Moren’ werden ze genoemd, een term die in de 18de eeuw zo ongeveer voor iedereen met een kleurtje werd gebruikt. Hoewel ze op vele prenten en schilderijen opduiken, was er tot voor kort nooit serieus onderzoek gedaan naar deze en andere Afrikanen in Hollandse dienst.

Historica en gastconservator Esther Schreuder vult dat hiaat overtuigend met haar vorige week verschenen boek ‘Cupido en Sideron – Twee Moren aan het hof van Oranje’. De studie vormt de basis voor de tentoonstelling ‘Afrikaanse bedienden aan het Haagse hof’ in het Haags Historisch Museum. Schreuder dook met toestemming van koning Willem-Alexander in de archieven, vond talloze brieven en andere documenten van en over het duo en wist daarmee hun levens grotendeels te reconstrueren. Een deel van die stukken is te zien op de expositie, naast vele schilderijen en prenten. 

Het verhaal bevat vele nuances, maar over één ding zijn boek en tentoonstelling heel duidelijk. Het in Den Haag verschijnen van de jongens Cupido en Sideron was het gevolg van de slavenhandel, waarin Nederland zijn partijtje meeblies. De West-Indische Compagnie heeft naar schatting in totaal 600.000 Afrikanen naar Amerika gedeporteerd en daar verkocht. Guan Anthony Sideron werd op Curaçao in slavernij geboren. Hij is ergens rond 1762 als kind naar Holland verscheept en cadeau gedaan aan de jonge prins Willem V. Willem Frederik Cupido arriveerde in 1766, het jaar waarin de prins stadhouder werd. Hij was vermoedelijk door slavenhandelaars gevangen genomen in ‘Guinea’ (West-Afrika). Ze zouden hun hele leven in dienst van de Oranjes blijven. 

Dansles
Eenmaal in Den Haag zijn Cupido en Sideron geen slaven meer maar hofdienaren. Ze krijgen een goede opleiding, inclusief dansles, les in jagen en schieten en geloofsonderricht; beiden doen belijdenis in de Grote Kerk. De twee volgen blijkens schilderijen en prenten de stadhouderlijke familie als een schaduw. Ze gaan mee naar de kermis, zijn erbij op werkbezoeken en mogen mee op vakantie naar Het Loo. Cupido en Sideron zijn populair en maken carrière. Vanaf 1763 ontvangen ze een salaris. ‘Zijne Hoogheid vindt het goed (…) een ieder der Negers te doen betalen een jaarlijks tractement van 156 gulden’, staat in een stuk. Dat is meer dan de circa tweehonderd rijknechten, gewone lakeien en adellijke pages ontvangen. Vooral Sideron doet het goed. De stadhouder laat hem allerlei financiële zaken afhandelen. Cupido daarentegen maakte schulden bij kleermakers en juweliers. Hij kon kennelijk een potje breken, want Sideron en hij schoppen het uiteindelijk beiden tot kamerdienaar van de prins en zijn gemalin Wilhelmina van Pruisen.

Eén vondst van Schreuder biedt nog een unieke kijk op de positie van Sideron. In 1794 vraagt de stadhouder hem na te gaan of er in de entourage van zijn vrouw niet wat de bezuinigen valt. De positie van de Oranjes is dan door de opkomende Patriotten al wankel geworden. Sideron inventariseert wat er zoal aan koffie, broodjes en gebak doorheen gaat in de vertrekken van de prinses en schrijft doodleuk: ‘niet veel beduidends in de retranchementen (bezuinigingen, red.) kunnen vinden.’ Het had sowieso geen zin meer allemaal, want in 1795 is het afgelopen met het stadhouderschap en moet Willem V vluchten.

Wat volgt is een avonturenverhaal. De twee zwarte kamerdienaren blijven in het gevolg van de stadhouder. In de chaos der napoleontische oorlogen belandt Sideron met de prins in Engeland, Cupido komt in Duitsland terecht. In 1802 volgt een hereniging op het slot Oranienstein. Niet veel later overlijdt Sideron. Cupido trouwt met een Duitse vrouw met wie hij ook kinderen krijgt. Het boek bevat stambomen die aantonen dat er nog veel nakomelingen van hem in leven zijn. In 1806 sterft ook hij. Willem V noteert: ‘Ik ben ontdaan over het overlijden van Cupidon.’ De ex-stadhouder, zijn vrouw en later koning Willem I zullen de nakomelingen van hun trouwe ‘Moor’ blijven ondersteunen.

Esther Schreuder, ‘Cupido en Sideron’, uitg. Balans, prijs: € 19,99; tentoonstelling in het Haags Historisch Museum t/m 28 januari 2018.       

Cupido en Sideron, aquarellen van Isaac Lodewijk la Fargue, Atlas van Gijn. | Collectie Rijksmuseum  

Abonnement op DHC? Klik dan hier.

 

Standaardportret
Bekijk meer van