Afrikaans dineren in de volle breedte bij The African Granary
The African Granary serveert gerechten uit allerlei Afrikaanse landen en wil zo een breed publiek aanspreken. “We vieren Afrikaanse culturen en leggen de nadruk op wat ons bindt.”
Drie keer per jaar organiseert de Oegandese Mollynn Mugisha-Otim (46) een Afrikaans festival om de cultuur te vieren, te genieten van Afrikaanse muziek, workshops te volgen, samen te komen en lekkernijen te proeven. Daarnaast verkoopt ze haar Oost-Afrikaanse gerechten op festivals in andere steden, waar haar iedere keer gevraagd wordt: heb je ook een restaurant waar we naartoe kunnen komen?
Dat is er nu, met The African Granary in de Parkstraat. “In Den Haag zijn er wel Afrikaanse restaurants, bijvoorbeeld Eritrese, Ethiopische en Keniaanse,” zegt Mugisha-Otim nadat ze thee op tafel heeft gezet. “Maar er was nog niet één plek waar je gerechten kunt proeven uit allerlei verschillende Afrikaanse landen. Dat is het doel van The African Granary: de Afrikaanse cultuur, het eten en de muziek ervaren.”
We bereiden ons eten 'full of flavours' en in grote hoeveelheden
Afrika is enorm en divers, zegt de ondernemer, maar ze wil met haar restaurant vooral kijken naar wat het continent verbindt. “Dat zit er bijvoorbeeld in dat iedereen welkom is en dat we altijd in een ‘celebratory mood’ zijn, wat de omstandigheden ook zijn. Maar ook in hoe we ons eten bereiden: ‘full of flavours’ en in grote hoeveelheden.”
Gemeenschap
Mugisha-Otim (toen 27) en haar partner Stephen kwamen ruim achttien jaar geleden naar Den Haag. Ze werkte in Oeganda als dokter, maar moest in Nederland verder studeren om dat vak hier te mogen beoefenen. Daarom besloot ze een nieuwe studie op te pakken en aan de slag te gaan in een internationale kinderopvang, waar ze zich opwerkte tot pedagogisch manager. Haar partner is nog altijd werkzaam als IT-ingenieur.
Het leven in Nederland viel het koppel aanvankelijk zwaar. Allereerst vanwege het weer, glimlacht Mugisha-Otim. “Wij komen uit een tropisch land dat precies op de evenaar ligt.” Maar vooral de culturele verschillen tussen Oeganda en Nederland maakten het moeilijk om te wennen. “We misten een gemeenschap. Mensen praten niet snel spontaan met je hier, je moet een afspraak maken om iemand te zien. En we houden van dansen, maar we begrepen de muziek niet en er was geen plek met afromuziek.”
Ik zie mezelf als een brug tussen de verschillende gemeenschappen in Den Haag
Dus besloot ze haar eigen gemeenschap te creëren. Naast haar vaste baan organiseerde ze geregeld bijeenkomsten, wat een aantal jaar geleden resulteerde in het Africa Cultural Promotion Center, dat de Afrikaanse culturele identiteit ‘viert en promoot’ en mensen wil samenbrengen. “Ik kan spreken met Nederlanders, met de expatgemeenschap en met wat ik de ‘lokale migrantengemeenschap’ noem. Ik kan met iedereen makkelijk praten, zie mezelf als een brug tussen de verschillende gemeenschappen in Den Haag.”
Chin chin
Mugisha-Otim staat op om een menukaart te pakken en zet een schaaltje met chin chin, oftewel boterige, gefrituurde koekjes uit West-Afrika, op tafel. Op de wijnkaart prijken nog de nodige Italiaanse wijnen (overgenomen van de vorige eigenaar van het pand), maar ook al palmwijn uit Ethiopië en Ghana. Alcoholvrij is er onder meer Afrikaanse Fanta. “Met meer suiker, daar houden veel mensen van.”
Een driegangenmenu is niet gangbaar in Afrika, maar daar heeft Mugisha-Otim iets op bedacht. Gerechtjes die gewoonlijk dienen als snack zijn in het restaurant een voorgerecht. Zoals een kleinere variant op de Oegandese ‘rolex’, chapati (flatbread) gevuld met eieren, kool, ui en tomaten, die eigenlijk een snelle straathap is. Als hoofdgerecht zijn er bijvoorbeeld de West-Afrikaanse jollofrijst, pittige paprikasoep, gegrild vlees en verschillende stoofpotten. Toe kunnen gasten een pot ‘brewed tea’ bestellen met gember en masala of gebak, zoals mandazi, een soort gekruide donut die The African Granary serveert met chocola of poedersuiker.
Mugisha-Otim ging eens eten bij een Afrikaans restaurant in Den Haag en ontdekte tot haar schok dat ze geen nagerecht kon bestellen. Ze lacht. “We zijn in Nederland, dan moet je wel desserts op de kaart hebben.”
The African Granary, Parkstraat 37, geopend dinsdag t/m zondag van 12.00 tot 14.30 uur en van 17.30 tot 23.30 uur. Meer informatie: www.theafricangranary.nl
De redactie biedt u dit verhaal gratis aan. Meer Haagse verhalen? Neem een (proef)abonnement op weekkrant Den Haag Centraal. Elke donderdag in de bus. De krant is ook verkrijgbaar bij onze verkooppunten.